La Vignette

Het terrein is deel van een onvolledig bouwblok: een gesloten randbebouwing in het westen geeft uit op een verwaarloosd parkeerterrein, een ommuurd braakland, en een immense betonplaat als stapelplaats voor bierbakken. Vijf kleine sociale woningen drijven stuurloos in deze leegte. Aan de oostzijde bevinden zich twee grootschalige restanten van de Leuvense brouwindustrie : een silogebouw en een drankendiscount met parkeerdak.

Binnen dit patchwork zonder onderling verband, wil het project één onderdeel toevoegen. Het onderscheidt een complexe westrand van woningen van de losse groepering van (industriële) fragmenten in het oosten.

Dwars op de straten brengt het project beide karakters samen. De doorsteek wordt een karakteristieke inwendige plek, een ontsluitingsruimte eigen aan en gemeenschap- pelijk voor de aanliggende woningen, en slechts in tweede instantie een publieke voetgangerspassage.

Deze ontsluitingsruimte krijgt vorm via een aantal dwingende randvoorwaarden. De parkeergarage wordt slechts half ingegraven, omwille van de hoge grondwater- stand. Zo wordt de ontsluitingsruimte opgehoogd en losge- koppeld van de aanpalende straten. Door de tekening van de toegangspartijen krijgt het project een voorkeuroriën- tatie naar de Penitentienenstraat. Om in de weinig draag- krachtige grond de kostprijs te drukken wordt een deel van de woningen op de parkeergarage gebouwd. De ontslui- tingsruimte wordt bijgevolg ingesnoerd tot een smalle steeg die borg staat voor een zekere intimiteit. Een asymme- trische dwarsdoorsnede kenmerkt het ganse project. Op het constructief raster van de parkeergarage worden twee totaal verschillende woningtypes uitgewerkt.

Introverte patiowoningen met eenzijdige westoriëntatie ommuren als het ware de bestaande arbeiderswoningen en beschutten hun binnengebied. Door de hogere inplanting van de parkeergarage is deze muur aan de zijde van de ontsluitingssteeg niet veel hoger dan een tuinmuur, zodat zonlicht ruimschoots kan binnenvallen in de steeg.

Daarom openen ook extraverte parkwoningen zich volop naar het westen, zonder dat inkijk vanuit tegenoverlig- gende woningen ontstaat. Ook de kinderkamers zijn volop gericht naar de steeg en de namiddagzon. De steeg wordt collectieve woonruimte. De opgehoogde parkwoningen krijgen ruim uitzicht op het groene buurtparkje en de openheid rond het silogebouw, een uitzonderlijk vergezicht in een dergelijke centraal-stedelijke inplanting.

De parkeergarage wordt een dieper gelegen straat met daglicht en natuurlijke ventilatie: parkeerplaatsen voor de patiowoningen en privé-garages voor de parkwoningen.

De laatste woningen van de rij op de parkeergarage worden uitgewerkt als hoekwoningen. De aansluiting van het project met de bestaande woningen in de Penitentienen- straat gebeurt via een specifiek compact bouwvolume, met op het gelijkvloers twee mindervalidenwoningen met koer, en op de verdieping twee appartementen met terras.